Hi,

Ik ben Mélanie Struik, kunsthistorica en communicatiespecialist.
Op Mélanie kijkt kunst geef ik je onverwachte perspectieven op kunst en kunstenaars, toen en nu.
Ga je mee?

Zomertips met kunstparels!

De zomer komt met rasse schreden dichterbij, dan is het weer tijd om er op uit te gaan. Natuurlijk zijn er weer vele mooie tentoonstellingen in de grote musea in het land, daarom nu aandacht voor wat minder bekende musea, een bijzondere manifestatie en een bijzondere kunstenares. De stad Den Haag speelt een grote rol, met een uitstap naar Tilburg, Amsterdam en Leerdam.

Michelangelo in de Grote Kerk in Den Haag

Affiche van de tentoonstelling

Wat een zomerse verrassing: wil je Michelangelo’s (1475-1564) plafondschilderingen uit de Sixtijnse kapel zien, dan hoef je deze zomer niet naar Rome maar is Den Haag ‘the place to be’. In de Grote Kerk aldaar zijn deze monumentale fresco’s én zijn Laatste Oordeel in grote haarscherpe mensgroot geprojecteerde foto’s te zien. De kleinste details zijn daardoor zichtbaar. Het is alsof je een nieuw universum betreedt, geweldig ook om met iets grotere kinderen te bezoeken. Een bezoek duurt met een gratis te downloaden audiotour (aanrader) tussen de 60-90 minuten en de prijs van de kaartjes is afgestemd op je leeftijd: volwassenen van 18 jaar en ouder betalen 16 euro, kinderen en jongeren tot en met 17 jaar, 65+er en studenten 13 euro. De expositie start op 21 juni a.s. en duurt tot en met 28 juli a.s. Een must see, ook voor gymnasiasten!

Meer informatie en ticketverkoop: Sistinechapelexhibit.nl
NB Foto’s website Sistinechapelexhibit.nl

Projectie in de kerk

De Mesdag Collectie in Den Haag

Een goed verborgen parel in Den Haag is - naast natuurlijk het welbekende Panorama Mesdag - ook de Mesdagcollectie, een klein museum waarmee Den Haag in 1887 een museum voor eigentijdse kunst kreeg.

Hendrik Willem (1831-1915) en Sientje ((1834-1909) Mesdag-van Houten zijn schilders uit de Haagse School met collega’s als Suze Robertson, Floris Arntzenius, Jozef Israëls en Jacob Maris. Dat waren veelal landschapsschilders maar ze schilderden ook zeegezichten. Mensen figureerden wel op hun werken maar vaak heel klein; ze idealiseerden veelal het landelijk leven, terwijl het leven voor de arme boeren- en vissersbevolking op het land en op zee natuurlijk ongelooflijk zwaar was. Kenmerken van hun werk zijn het gebruik van de wat donkerder kleuren en de grove penseelstreek. Hun werk lijkt impressionistisch: met een paar penseelstreken wordt een impressie weergeven die staat, dat is technisch knap.

Mesdag was een kapitaalkrachtige schilder, dat komt niet zo vaak voor. Hij kwam uit een bankiersfamilie uit Groningen en behoorde de familietraditie te volgen, ook al waren zijn artistieke talenten al zichtbaar. Dat lukte maar matig. Toen Sientje een erfenis kreeg, stopte Hendrik Willem als bankier en ging hij in de leer bij de schilder Willem Roelofs (1822-1897) in Brussel. Daarna verhuisde de familie naar Den Haag want, zo zei de liefhebber van de zee en zeeschilder Mesdag: ‘de zee is van mij’.  Na nóg een grote erfenis konden de Mesdags op grote schaal kunst kopen. Inkomsten uit vastgoedprojecten en hun zeer succesvolle schilderpraktijk hielpen daar ook nog bij. Sientje zorgde ervoor dat daar ook werk van kunstenaressen bij waren.

Het paar kreeg één kind, Klaasje, die heel jong, vlak voor zijn achtste verjaardag overleed. Na Klaasje’s dood besloot Sientje zich ook toe te leggen op en professionele carrière als schilderes. Ze vond troost in het schilderen. Later zou Sientje zeggen: “Zonder mijn man was ik nooit schilderes geworden, en zonder mij was hij waarschijnlijk geen schilder geworden”

Pal naast hun huis liet het paar in 1887 een museum bouwen. Hun eigen schilderijen hingen gemoedelijk tussen de verzameling Nederlandse en Franse kunst die ze hadden aangelegd. Museum Mesdag was op zondagochtend op afspraak open. Mesdag zelf leidde rond. Hij begon altijd in huis, liet daar eerst zijn eigen atelier zien en dat van Sientje. Daarna ging hij vaak binnendoor, de ateliers waren met het museumgebouw verbonden.

Oude foto van het woonhuis van de Mesdag’s aan de Laan van Meerdervoort 7-f, vlak bij de Anna Paulownastraat

Het aangebouwde museum ernaast nu, met in het midden de ingang

Mesdag had contact met vele (inter)nationale kunsthandels. Hij was daar een goede klant, maar bracht er ook zijn eigen schilderijen en die van Sientje onder. De Mesdags vonden trouwens altijd nieuwe manieren om tegen een goede prijs kunst te verwerven.

Na de dood van Sientje droeg Mesdag het museum over aan de Nederlandse Staat, maar bleef nog wel directeur. Zo bleef de collectie bijeen. “Een Groot Man, en een Grootsche Daad”, kopte de krant in 1903 bij zijn overlijden. De kunstverzameling in het woonhuis werd na zijn dood geveild. Sinds 1990 valt het museum onder beheer van het Van Gogh Museum in Amsterdam. In 2011 werd het na een verbouwing en herinrichting omgedoopt tot De Mesdag Collectie. Een aanrader!

Achteraanzicht van De Mesdag Collectie met de mooie tuin

De smaakvolle entree tot de collectie

Prachtige zaal met zeventiende-eeuwse gobelins, vazen en exotische dieren uit de verzameling van de Mesdag’s, met uitzicht op de mooie tuin

De openingstijden wisselen door het jaar heen. In de zomer is het museum beperkter open dan in voorjaar, winter en het najaar. Meer informatie: www.demesdagcollectie.nl
NB. Foto’s website De Mesdag Collectie

Abraham Bredius, een van de eerste Nederlandse kunsthistorici

Recht tegenover het Mauritshuis aan de Hofvijver in Den Haag staat Museum Bredius. In een prachtig achttiende-eeuws pand is daar de persoonlijke kunstcollectie te zien van Abraham Bredius (1855-1946). De verzameling omvat - naast werken van glas, zilver en porcelein - werken van Rembrandt, Jan Steen, Aert van de Neer en Meindert Hobbema en ook de enige perspectiefkast in Nederland.

Museum Bredius aan de Lange Vijverberg 14 in Den Haag

Bredius was meer dan een verzamelaar en mecenas: hij was een groot kunstkenner en baanbrekend kunstonderzoeker. En dat in een tijd waarin de universitaire studie kunstgeschiedenis nog niet in Nederland bestond. Daarmee zou je Abraham Bredius een van de eerste kunsthistorici van Nederland kunnen noemen.

Bredius kwam uit een gegoede familie en bezocht al op jonge leeftijd veel musea in Europa en hij had geluk. In Florence ontmoette hij bij toeval in het Uffizi de beroemde Berlijnse museumdirecteur Wilhelm Bode. Deze raadde hem aan zich te verdiepen in de Nederlandse schilderkunst en daarover gegevens te verzamelen. Zo werd Bredius student met de wereld als universiteit. Hoogleraren waren de schilders uit de zeventiende eeuw zelf. Als erfgenaam van een aanzienlijk fortuin kon hij reizen naar hartenlust. Hij bezocht musea en privéverzamelingen van Rusland tot Amerika. Hij kende in heel Europa handelaren en veilingmeesters.

Bredius begon zelf schilderijen te verzamelen. Hij verwierf onder andere werken van Rembrandt en Jan Steen en bouwde daarmee voort op de familieverzameling. Op eigen kosten stuurde hij fotografen de wereld over om foto’s van schilderijen te maken. Ook bracht hij weken achter elkaar door in archieven om doopregisters, overlijdensaktes, gildeboeken of nalatenschappen van schilders en verzamelaars na te pluizen en te transcriberen. Hij publiceerde daarover vele artikelen.

Rembrandt en/of atelier, Christus en buste, na 1648, olieverf op paneel, 25,5x21 cm, Den Haag, Museum Bredius

Jan Steen, Paar in slaapvertrek, 1665-1675, olieverf op paneel, 49 x 39,5 cm, Den Haag, Museum Bredius

Abraham Bredius maakte snel naam en werd benoemd tot onderdirecteur van het Nederlands Museum van Geschiedenis en Kunst, het latere Rijksmuseum. Op 33-jarige leeftijd ontving hij van de universiteit van Giessen in Duitsland een eredoctoraat en er zouden er nog twee volgen. Een jaar later in 1889 werd - inmiddels Dr - Abraham Bredius de jongste directeur van het Mauritshuis ooit. In de twintig jaar dat hij daar directeur was, verrijkte hij het Mauritshuis met maar liefst 127 schilderijen, waaronder het Puttertje van Carel Fabritius en het Meisje met de parel van Johannes Vermeer, nu hét icoon van het Mauritshuis.

In 1922 opende Museum Bredius voor het eerst haar deuren in het woonhuis van Bredius aan de Prinsegracht 6 in Den Haag. Hij vertrok naar Monaco en had zijn woonhuis verkocht aan de gemeente Den Haag, exclusief zijn kunstverzameling die zijn eigendom bleef. Ook de vele bruiklenen die hij aan diverse musea had uitgeleend, bleven zijn eigendom. Zo had alleen al het Mauritshuis 25 schilderijen van Bredius in bruikleen, waaronder vijf van Rembrandt. Hij bedong dat zijn woonhuis opengesteld zou worden voor het publiek.

Museum Bredius in het statig woonhuis van Bredius aan de Prinsegracht in Den Haag

Na zijn dood liet Bredius alle bruiklenen na aan de diverse musea waarin hij ze had ondergebracht. Het Rijksmuseum kreeg er 43, het Mauritshuis 25 (en de mooiste). De gemeente Den Haag mocht zijn privécollectie behouden.

Maar in de jaren 1980 liepen de bezoekersaantallen terug, met name omdat de vroeger zo voorname Prinsegracht was verpauperd. In 1984 voelde de gemeente Den Haag, zelf in financiële moeilijkheden geraakt, zich genoodzaakt het museum te sluiten. Na tussenkomst van een aantal Haagse prominenten verhuisde het Museum Bredius uiteindelijk in 1990 na een uitvoerige verbouwing naar de Lange Vijverberg 14, recht tegenover het door Bredius zo geliefde Mauritshuis.

Museum Bredius nu

Het museum is dan dinsdag tot en met zondag open van 11-17 uur en op maandag gesloten.
Meer informatie: www.museumbredius.nl
NB. Foto’s Museum Bredius Den Haag

Veel te beleven in het TextielMuseum in Tilburg

Als liefhebber van stoffen ben ik dol op het TextielMuseum in Tilburg. Gevestigd in een oude textielfabriek heeft het een architectonisch mooie glazen uitbreiding gekregen wat een aangenaam transparante entree geeft.

In de Wollendekenfabriek is de levendige sfeer nagebootst van een textielfabriek zoals die in de periode van 1900 tot 1940 bestond. Daar zie je hoe van ruwe wol een deken werd gemaakt. Net als vroeger worden de machines aangedreven door een stoommachine. Ook vind je in het museum een Damastweverij. Naast de oorspronkelijke handweefgetouwen is er ook een uitgebreid archief van patroontekeningen, Jacquard kaarten, staalboeken en het aantrekkelijke linnen zelf. In de bijbehorende damastwasserij kun je damasten tafelgoed professioneel laten reinigen en opmaken.

In de Wollendekenfabriek

De Damastweverij: herinnering aan een oud ambacht

Het TextielLab is het kloppend hart van het TextielMuseum. Daar kun je meekijken over de schouders van (inter)nationale kunstenaars en ontwerpers. Zij onderzoeken samen met experts van het museum zelf de eindeloze mogelijkheden van textiel. De prachtigste textiele producten worden daar gefabriceerd, het is werkelijk een feest om te zien. Zo kunnen de meest ingewikkelde in de computer opgeslagen ontwerpen in verschillende kleuren via een volledig geautomatiseerd proces met één druk op de knop door computergestuurde machines geborduurd worden op een stof. Heel fascinerend.

Aan het werk in het Textiellab

Het museum organiseert regelmatig inspirerende tentoonstellingen. Tot en met 3 november 2024 kun je nog de tentoonstelling Makers on materials bezoeken. Wol, katoen, fique - gemaakt van blad van een plant uit de familie van de Furcrae - linnen, rubber en zijde spelen de hoofdrol en zeven kunstenaars hebben elk een van deze natuurlijke materialen geadopteerd om er werk mee te maken. Bij die keuze zijn ze sterk beïnvloed door hun afkomst en leefomgeving.

Nederlandse designer Christien Meindertsma heeft de vlasteelt op zes hectare grond in de Nederlandse Flevopolder volledig in kaart gebracht en de materialen die ze er vond gebruikt om diverse producten te ontwikkelen. | Foto: Josefina Eikenaar


NB. Het TextielMuseum is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van 10-17 uur; zaterdag en zondag van 12-17 uur. Meer informatie: www.textielmuseum.nl
Foto’s website TextielMuseum

Oekraïnse schilderes Svetlana Tartakovska in Gallery238 in Amsterdam

Svetlana Tartakovska, Pioenroos, olieverf op masoniet, 60x100cm. Dit is ook het openingsbeeld van deze Zomertips

Zes keer per jaar komt De Kunstkrant uit met een overzicht van kunstactiviteiten door het hele land in - de vaak wat kleinere - musea, galeries en tuinen. Mét een expositieoverzicht. Het mei/juni-nummer vind ik altijd een feestnummer omdat er zo ontzettend veel moois ook buiten te zien, fijn voor veel dagtochtjes of vakantie-uitjes. In dit mei/juni 2024 nummer werd ik verrast met een vier pagina’s lang artikel met veel foto’s van werk van de voor mij onbekende schilderes Svetlana Tartakovska (1979) uit Oekraïne, die sinds 15 jaar in Nederland woont en werkt. Ze schildert portretten, (bloem)stillevens en monumentale taferelen uit de Russische geschiedenis en literatuur. Wat een prachtige zachte schildertoets heeft zij!

Na haar komst naar Nederland ontwikkelde Svetlana haar talent verder aan de Klassieke Academie voor Beeldende Kunst in Groningen en aan de Florence Academy of Art in Florence. Ze nam deel aan het concours Figurativas 2013 in Barcelona, waar haar werk te zien was in het Museu Europeu d’Art Modern en ze werd winnaar van het AVRO tv-programma Sterren op het doek met haar portret van Joop van den Ende. Tartakovska heeft sindsdien verschillende exposities van haar werk gehad.  

Svetlana Tartakovska, Meisje met zonnebloemenkrans, olieverf op masoniet, 120x45 cm

Svetlana Tartakovska, Gerechtigheid

Svetlana Tartakovska voor een van haar werken

Svetlana Tartakovska exposeert en verkoopt via Gallerie 238 in Amsterdam. Open op vrijdag en zaterdag van 12-17 uur en op afspraak: www.gallery238.com/kunstenaars/svetlana-tartakovska/.
Je vindt haar eigen website met veel foto’s van haar werk op www.artist-view.nl

Een abonnement op de Kunstkrant kost 26,50 euro per jaar voor zes nummers die je krijgt toegestuurd. Meer informatie op www.kunstkrant.com. De krant is ook gratis af te halen bij allerlei culturele plekken zoals galeries, musea en winkels voor kunstenaarsbenodigdheden.
NB. Foto’s website kunstenaar en Galerie 238

Bořek Šípek in het Nationaal Glasmuseum in Leerdam

April jl. publiceerde ik een interview met ontwerpster en glaskunstenares Carina Riezenbos. Je leest het interview hier. Zij vertelde me dat zij voor haar glaskunst enorm geïnspireerd is door de Tsjechische ontwerper en architect Bořek Šípek. Šípek begon een fabriek in Tsjechië waar Carina veel kwam en nog steeds komt. Na het overlijden van Šípek in 2016 hebben zijn medewerkers de fabriek voortgezet.

En zo was ik blij verrast toen ik - ook in de Kunstkrant - las dat het Glasmuseum in Leerdam werk van Carina’s grote inspirator nu tot 1 september 2024 tentoonstelt. We hoeven er dus niet voor naar Tsjechië.

Er zit ook een Nederlands tintje aan Bořek Šípek en het ontstaan van zijn fabriek. In 1983 vestigde hij zijn ontwerpstudio in Amsterdam. Hij ontwierp meubels, zilver, porselein en glas en was succesvol. Maar een ontwerper in glas blaast zijn glas niet zelf. Daar heeft hij een glasblazer voor nodig. 

Hij liet zijn ontwerpen blazen in zijn geboorteland. En dan ontmoette hij in 1986 in Nederland een landgenoot, meesterglasblazer Petr Novotný, tijdens de glasmanifestatie Glas ’86, onder andere georganiseerd door het Glasmuseum in Leerdam. Samen met Novotný en een andere technische man, Libor Fafala, richtte Šípek in 1989 in het noorden van Tsjechië de glasfabriek Ajeto op waar zijn werk vanaf dat moment werd uitgevoerd. 

Šípek benut alle kwaliteiten van het Tsjechische glas. Zijn vormentaal is heel eigen en inventief: het zijn speelse vormen met barokke krullen en hij combineert porselein en jade met glas. Hij scheert steeds langs de scheidslijn van kunst en gebruiksglas, zijn glas is bruikbaar maar dat moet wel met gepaste aandacht. Het zijn juwelen voor het oog.

Werk van Bořek Šípek

Het Glasmuseum heeft als verrassing dat je ook - dichtbij, op een ander locatie - een glasblazerij in werking kunt bezoeken. Dagelijks zijn daar demonstraties en experimenteren kunstenaars en ontwerpers samen met glasblazers van het museum met glas. Zo ontstaan de meest onverwachte en bijzondere creaties. Tijdens de openingstijden kun je op ieder moment van de dag plaatsnemen op de tribune om te kijken hoe ze dat doen en meestal is er een medewerker die uitleg geeft.

Het Nationaal Glasmuseum is geopend van dinsdag tot en met zaterdag van 10-17 uur, zondag van 12-17 uur.  Meer informatie: www.nationaalglasmuseum.nl. De tentoonstelling met werk van Bořek Šípek is tot en met 1 september a.s. te bewonderen.
NB. Foto’s website Nationaal Glasmuseum Leerdam

Beeldend kunstenaar Krin Rinsema:  “Ik hou niet van saai. Ik wil niet steeds hetzelfde maken, dan val ik in slaap.”

Beeldend kunstenaar Krin Rinsema: “Ik hou niet van saai. Ik wil niet steeds hetzelfde maken, dan val ik in slaap.”

‘Toveren met penseel en kleur’: over draperieën en schilderen ‘naar de natuur’ door de oude meesters

‘Toveren met penseel en kleur’: over draperieën en schilderen ‘naar de natuur’ door de oude meesters

0