Zestiende-eeuwse kunstenares Sofonisba Anguissola: eigenzinnige vrouw in een mannenwereld
Eind vorig jaar bezocht ik in het Rijksmuseum in Amsterdam de mooie tentoonstelling Vergeet mij niet, met renaissanceportretten uit Europa. Dat was aan mij wel besteed, ik kan van portretten uit die periode enorm genieten. Tot mijn grote verrassing zag ik daar Het schaakspel hangen, een schilderij van de zestiende-eeuwse Italiaanse kunstschilder Sofonisba Anguissola (c. 1535-1625; zie boven en afb. 10). Ik kende het wel, dus hoe bijzonder was het om het nu zomaar in het echt te kunnen bewonderen. Zou je dit werk willen zien, dan moet je er voor naar Polen! Ze is nog relatief onbekend en verdient een veel groter publiek.
Aan het eind van de expositie vond ik ook een van Sofonisba Anguissola’s zelfportretten. Ze maakte er een aantal en verbeeldt zichzelf in dit werk als kunstschilder (afb. 1). Met dit werk wil ze aan de wereld laten zien dat ze als vrouw in een tot dat moment vooral mannenberoep een professional is. Zelfbewust kijkt ze de kijker aan, palet op de schildersezel, penseel in de hand én een schildersstok: een attribuut dat je gebruikt om de hand waarmee je schildert te ondersteunen. Sober gekleed om haar vrouw-zijn niet op een ‘verkeerde’ wijze te benadrukken, wat in haar tijd afbreuk zou kunnen doen aan haar reputatie van deugdzame vrouw. Ook aan het onderwerp op het schilderij dat ze schildert kan niemand aanstoot nemen: een lieflijke tafereel van een Maria met kind. Ze laat zien wie en wat ze is: Sofonisba Anguissola, de kunstenaar.
In mijn zoektocht naar de vergeten vrouwelijke kunstenaars in de kunstgeschiedenis was ik haar al eerder tegen gekomen. Ook Sofonisba Anguissola was in haar tijd beroemd in Europa, net zoals de - een eeuw later levende - Italiaanse Artemisia Gentilleschi (1593-1653). Deze rechtstreekse ontmoeting met haar werk werd voor mij de aanleiding om meer over haar te weten te komen.
Sofonisba Anguissola is geboren rond 1535 in Cremona in Noord-Italië en de oudste uit een gezin van verarmde adel. Haar bijzondere voornaam verwijst naar de vervlogen tijden van het oude Carthago, dé grote Fenicische handelsstad in Noord-Afrika in de derde eeuw voor Christus. Daar weigerde de adellijke Sofonisba een politiek huwelijk en vergiftigde zichzelf om te voorkomen dat ze daarvoor de gevangenis in moet. Later werd zij door de Romeinse geschiedschrijver Titus Livius (gestorven 17 n. Chr.) en anderen geëerd om haar schoonheid en de wijze waarop zij - door haar weigering te trouwen - de belangen van haar familie behartigde, een onderwerp dat door de eeuwen heen graag geschilderd werd (afb. 2, 3).
In 1537 wordt zus Elena geboren, zus nummer drie heet Lucia en de zussen vier en vijf Minerva en Europa. In 1551 wordt de enige zoon, Asdrubale, geboren en tot slot - in 1555 - komt er nóg een dochter: Anna Maria. Alle namen in het gezin verwijzen naar het verleden. Elena is vernoemd naar Helena van Troje uit de Griekse mythologie en de naam Lucia verwijst naar de katholieke heilige én naar moeder Anguissola. De namen van de zusjes Minerva en Europa verwijzen naar de mythologische figuren uit de Romeinse geschiedenis met dezelfde namen en het jongste zusje - Anna Maria - verenigt in haar naam twee belangrijke vrouwen uit het Christendom. Zoon Asdrubale is vernoemd naar de grote Carthager politicus en generaal Hannibal, die tijdens de tweede Punische oorlog in de derde eeuw v. Chr. met zijn leger over de Pyreneeën naar Italië trok en daar vele overwinningen behaalde.
Sofonisba’s vader, Amilcare Anguissola, brengt in de naamgeving van zijn kinderen tot uitdrukking dat hij een geletterd man is. Hij is ambitieus en bij gebrek - in eerste instantie - aan een zoon richt hij zich op de ontwikkeling van zijn dochters. Vaders zijn in die tijd overigens niet altijd gelukkig met zoveel dochters. Zou een dochter trouwen dan is een bruidsschat nodig en dat is bij meerdere dochters vaak nauwelijks op te brengen.
Kunst is in die tijd gekoppeld aan prestige en aan contacten met hoven. Schilderen is een gewaardeerde manier om kennis te vergaren, van ontplooiing en scholing. ‘Dan maar via mijn dochters hoger op’, moet Amilcare gedacht hebben, als blijkt dat twee van zijn dochters talent voor het schildersvak hebben. Cruciaal voor Sofonisba’s ontwikkeling tot zelfstandig kunstenaar is haar vaders besluit om haar en haar zus Elena in 1546 buitenshuis in de leer te doen bij een professionele schilder. Dat is ongekend voor een meisje in die tijd en zeker als je van adel bent, want dan hóef je niet te werken. De meisjes zouden hier trouwens zelf om gevraagd hebben en zijn dan rond de elf en negen jaar oud.
Het tweetal komt intern in de leer bij de jonge, net getrouwde kunstschilder Bernardino Campi (1522-1591) die ook in Cremona woont. Ze zijn dus niet ver van huis en blijven er drie jaar, tot in 1549, wanneer Campi naar Milaan vertrekt. Daarna gaan ze nog eens drie jaar in de leer bij Bernardino Gatti (1495-1576), ook in Cremona. Het talent van Sofonisba is onmiskenbaar, rond 1550 is ze als student al beroemd in de regio en gaat ze ook haar zussen lesgeven. Elena, met wie ze op les was bij Bernardino Campi, verkiest later het klooster. Sofonisba’s vroegst bekende werk lijkt het portret van een jonge non te zijn, en waarschijnlijk is dat deze zus (afb. 4).
Belangrijk om te beseffen is dat Sofonisba en haar zus niet de opleiding krijgen die mannelijke leerlingen krijgen in haar tijd. Een vrouw mag geen naaktstudies maken en geen secties meemaken om de anatomie van het lichaam te leren kennen, wat vaak onderdeel van de opleiding is. Ze mag ook niet vrij reizen zodat ze er zelf niet op uit kan gaan om buiten te schetsen. Ze doet daardoor ook minder ervaring op met werken met lineair perspectief.
Portretkunst wordt een gewaardeerd genre in de zestiende eeuw. In de renaissance komt een proces van individualisering op gang na een lange periode waarin individualiteit ondergeschikt is aan het geloof. De mens als individu komt meer centraal te staan, gevoed door het humanisme dat weer gevoed wordt door teksten uit de oudheid die uit bibliotheken tevoorschijn komen. Kennis wordt belangrijk en universiteiten komen op. De boekdrukkunst zorgt voor de verspreiding van kennis. Naast een intellectuele elite ontwikkelt zich een burgerlijke elite die zich gaat identificeren met de grote schrijvers, filosofen, strategen en andere beroemdheden uit verleden en heden. En dat kun je laten zien door portretten van hen op te nemen in je portrettengalerij, met jezelf en je voorvaderen erbij. Zo ontstaat er een grote markt voor portretten, waarmee het groeiend zelfbewustzijn zichtbaar wordt gemaakt.
Ook schilders gaan zichzelf portretteren, soms verstopt in hun eigen werk, maar ook in een zelfstandig portret. Een vorm van zelfpromotie, passend bij dat groeiend individualisme. En Sofonisba schilderde meer zelfportretten dan welke andere kunstenaar in haar tijd ook, op Albrecht Dürer (1471-1528) na. Volgens Jennifer Higgie, die in 2020 een boek schreef over 500 jaar zelfportretten van vrouwelijke kunstenaars, mocht je als vrouw geen modellen in je atelier schilderen. Maar je hebt jezelf natuurlijk wel altijd bij de hand. De spiegel is inmiddels uitgevonden waardoor je jezelf als model te gebruiken. Zo kun je aan een oeuvre werken en hiermee laten zien wat je in huis hebt. Het aantal van Sofonisba’s zelfportretten is bijzonder en heeft volgens Michael Cole, die in 2019 een eerste poging deed om een oeuvrecatalogus van Sofonisba’s werk samen te stellen, een impuls aan het genre gegeven.
Sofonisba signeert een tiental werken en soms met de term ‘virgo’. Omdat zij lang ongetrouwd blijft, is het voor haar heel belangrijk om haar reputatie goed te bewaken; de reputatie van een deugdzame, kuise vrouw, wat het belangrijkste ideaal voor vrouwen in haar tijd is. Ze geeft hiermee aan dat ze niet afhankelijk is van een echtgenoot en nog onder ouderlijke hoede van haar vader staat. Ook signeert ze soms met ‘dochter van Amilcare’ - een andere manier om dit te onderstrepen. Ze schildert zichzelf als kunstschilder, als pianist en als een belezen vrouw om zo haar eruditie te onderstrepen. Daarmee zet ze zichzelf neer als een professionele schilder in een door mannen gedomineerde wereld: weliswaar een vrouw maar zeker niet onderdoend voor haar mannelijke collega’s (afb. 5, 6, 7, 8).
Sofonisba’s vader wordt haar grote promotor en gaat met haar werk de boer op. Zo stuurt hij voorbeelden van haar werk en aanbevelingsbrieven naar machtige mannen en vrouwen: in 1556 een brief naar hertog Ercole II d’Este van Ferrara, Modena en Reggio. En in 1557 een schilderij naar Margherita Paleologa, hertogin van Mantua, met de vraag om dit werk af te leveren bij Eleonora Gonzaga della Rovere, prinses van Mantua. Ook stuurt hij een brief aan paus Julius II in Rome die, volgens zeggen, een werk van haar voor zijn portrettenverzameling wil. Vader Amilcare stuurt twee tekeningen van Sofonisba naar de - bij leven al - beroemde Michelangelo Buonarotti (1475-1564) en correspondeert rond 1559 over zijn dochter met koning Filips II van Spanje (1527-1598); Cremona valt in die tijd onder Spaans gezag. Dit zorgt ervoor dat ze wijd en zijd bekend raakt en leidt er in 1559 toe dat Sofonisba uitgenodigd wordt door de koning om naar het hof in Spanje te komen.
Er is - zoals zo vaak als het gaat om vrouwelijke kunstenaars uit de vroeg moderne tijd - weinig primair bronnenmateriaal over Sofonisba beschikbaar. Vrouwen hadden geen juridische status en zakelijke transacties liepen via de mannelijke lijn. Daarom is er in rekeningen, testamenten en inventarissen weinig over haar te vinden. We moeten vooral kijken naar haar werk. En dan zien we dat ze in eerste instantie vooral haar familie als onderwerp neemt.
Dat lijkt weinig spectaculair maar toch is Sofonisba daarmee een schilderkundige vernieuwer geweest in een tijd waarin schilderijen vooral religieuze onderwerpen voorstelden of hoog geplaatste personen. Bij Sofonisba gaat het om gewone mensen. Kijk maar naar het intieme portret van vader en zoon en één van de dochters Anguissola of het allereerste groepsportret met vrouwen in de kunstgeschiedenis: Het Schaakspel. Opvallend is de losse informele sfeer en het directe contact dat de hoofdpersonen zoeken met de kijker. Je zou bijna kunnen zeggen dat het om voorlopers van het huidige familiekiekje gaat.
Nieuw aan Het Schaakspel is ook dat het tafereel zich buiten afspeelt, in de open lucht met een Leonardesque doorkijkje naar een landschap. Ook het onderwerp is bijzonder: vrouwen - het zijn haar zussen - die een potje schaak spelen, een intellectueel spel (afb. 9, 10).
Maar Sofonisba portretteerde behalve familieleden of zichzelf ook anderen, zoals rond 1559 de jonge Massimiliano Stampa (1494-1543), negen jaar oud en net hoofd van de familie en markies geworden (afb. 11).
Sofonisba’s privéleven leest als een spannend boek. Zoals al duidelijk, loopt ze een andere koers dan gebruikelijk voor vrouwen in haar tijd. Ze blijft lang vrijgezel en krijgt geen kinderen. Filips II nodigt haar in 1559 uit om naar zijn hof in Madrid te komen. Ze accepteert de uitnodiging en wordt hofdame van zijn dan pas veertienjarige aanstaande vrouw, de Franse koningsdochter Elisabeth van Valois (Isabella in het Spaans; 1545-1568). Hofdames hebben de taak om de koningin te vermaken, voor Sofonisba komt daar nog bij dat ze de koningin moet leren schilderen. Sofonisba blijft er veertien jaar en krijgt een ‘mooi salaris’. Ook haar vader wordt goed bedeeld door Filips: hij krijgt 800 lire voor een aantal werken van Sofonisba. Ze raakt bevriend met de koningin en haar twee dochters en schildert talloze portretten, waaronder die van de koningin en de koning (afb. 12, 13). Sofonisba krijgt niet de status van hofschilder; die heeft Alonso Sánchez Coello (1532-1588) wel, mét een eigen atelier. Haar werk uit de Spaanse periode blijkt later ook vaak moeilijk te identificeren. Het zijn vooral ongesigneerde portretten en haar werken worden in de loop der tijd toegeschreven aan anderen, zoals aan El Greco (1541-1614) en aan Coello.
De koningin sterft jong, in 1568, bij de miskraam van haar derde kind en Sofonisba is ontroostbaar: “Vrouwe Sofonisba zegt niet langer te willen leven”, schrijft een collega-hoveling. Ze blijft nog een tijdje aan het hof, als gouvernante voor Elisabeth’s dochter Isabella, en Filips gaat op zoek naar een echtgenoot voor Sofonisba. Ze wil graag een Italiaan, vertelt ze hem, en vijf jaar na de dood van de koningin wordt in 1573 een huwelijk geregeld met Fabrizio Moncada Pignatelli, de prins van Paternò op Sicilië. Filips betaalt de bruidsschat en een jaarlijkse toelage.
In Palermo blijft Sofonisba schilderen en ook stelt zij haar huis open voor kunstenaars (afb. 14, 15). Slechts vijf jaar mag het huwelijk duren. Moncada sterft in 1578 als de boot waarmee hij naar Spanje vaart om over een kwestie te onderhandelen, wordt aangevallen door piraten.
Dan wordt Sofonisba verliefd op Orazio Lomellino, een tien jaar jongere scheepskapitein. Ze trouwt hem in 1579, ondanks het feit dat groothertog Francesco de’Medici uit Florence haar dit afraadt omdat Lomellino beneden haar stand is. Het geeft aan hoe eigenzinnig ze is én hoe bekend ze is in de hoogst kringen. Met Lomellino - die een zoon heeft, Giulio, waar ze het goed mee kan vinden - gaat ze in 1581 in Genua wonen. Daar ontwikkelt ze ook weer een netwerk. Ze onderhoudt haar goede contacten met het Spaanse hof, blijft schilderen en is een gewaardeerde docent (afb. 14, 15). Ze ontwikkelt zich ook tot miniaturist, waarvoor schilders opnieuw bij haar in de leer komen.
Als ze 80 is, verhuist het tweetal naar Palermo. Daar bezoekt de Antwerpse schilder Anthony van Dyck (1599-1641), die het bracht tot hofschilder van de Engelse koning Charles I, haar negen jaar later, in 1624. Ze is dan bijna blind. Bewonderend stelt hij vast dat ze nog scherp van geest is. Ze vertelt hem - zo schrijft hij in een brief - over haar leven en geeft hem advies over de weergave van licht op het doek. Van Dyck maakt een schets die hij thuis uitwerkt tot een portret in olieverf. Hij zal later zeggen dat hij meer geleerd heeft van zijn gesprekken met Sofonisba dan van het kijken naar de werken van beroemde meesters. Sofonisba sterft een jaar later, in 1625 op 90-jarige leeftijd.
En zijn we er dan met deze beschrijving van een vrouwelijk kunstenaarsleven? Wat mij betreft nog niet helemaal. Want de vraag die nog niet gesteld is, is hoe Sofonisba zelf zou hebben aangekeken tegen haar positie als vrouwelijk kunstenaar en de beperkingen die dat haar oplegde. We kunnen het haar niet zelf vragen, maar er zijn wel gedachten over geuit door verschillende kunsthistorici. Sofonisba’s werk en zeker haar vroegere werken zouden een diepere laag kunnen bevatten. Het penseel immers was haar enig instrument om zich te uiten en commentaar te geven op haar tijd en haar omstandigheden. Want al lijkt het schilderij met vader Amilcare, broer Asdrubale en zuster Minerva een onschuldig familieportret, Sofonisba schetst hier ook het primaat van het patriarchaat, de status quo van haar tijd (zie nog even afb. 10). De vader kijkt de beschouwer trots aan terwijl hij met beide handen zijn jonge zoon aanraakt die weer naar zijn vader opkijkt. Amilcare presenteert Asdrubale hier als zijn erfgenaam: de stamhouder die de familienaam én het familiebezit zal voortzetten. Dochter Minerva staat er bij en kijkt ernaar. Zij zou die aandacht van haar vader misschien ook wel willen, maar krijgt die niet. Vrouwen staan op het tweede plan.
Het schilderij Het schaakspel lijkt in eerste instantie ook een gemoedelijk familieportret (zie nog even afb. 9), maar er schuilt meer achter. Het schaakspel wordt in de renaissance als een hogelijk intelligent spel gezien voor mannen, een spel waarvan aan het eind van de vijftiende eeuw de regels ingrijpend veranderen. Schaakhistorici noemen het ‘het nieuwe schaken’. Wat gebeurt er? De koningin word het machtigste schaakstuk, zelfs machtiger dan de koning. Sofonisba koppelt dit gegeven in het schilderij aan een compleet vrouwelijk schaakgezelschap. Vrouwen zijn slim, zegt Sofonisba hier; ze doen qua intelligentie niet onder voor mannen.
Tegelijkertijd laat het schilderij ook een competitie tussen vrouwen zien, de enige arena waar dit voor vrouwen mocht. In Sofonisba’s tijd is het onder kunstenaars gewoon om je op te trekken aan het vakmanschap en creatieve vermogen van collega’s. Vanuit bewondering voor het werk van een collega-kunstenaar wil je het nog beter doen, er over heen gaan. Vrouwen zijn in die tijd uitgesloten van deze professionele competitiviteit, die kunstenaars aanzet, motiveert en stimuleert, eenvoudigweg omdat ze niet als kunstenaar worden erkend of naar buiten toe als zodanig kunnen functioneren.
Maar competitie kan wel binnen het gezin Anguissola. Sofonisba geeft als oudste haar zussen schilderles. Als je de blikken volgt is het Lucia links die lachend naar de beschouwer kijkt. Die blik is ook gericht op Sofonisba, de schilder, die tegelijkertijd ook Lucia’s leraar en grote voorbeeld is. Zus Europa rechts kijkt naar haar zus Lucia, de winnaar van het spel en Europa’s grote voorbeeld om zich aan te meten. Voor de kleine Minerva kan Europa weer het rolmodel zijn. Hier staat een familie van kunstenaars afgebeeld die steeds beter willen worden, competitief zijn.
En dan is er een aardige controverse rondom het schilderij Bernardino Campi schildert Sofonisba Anguissola (afb. 18). Wat we zien is dat Sofonisba wordt geschilderd door haar vroegere leraar Campi. Campi beeldt haar groter af dan zichzelf. Beiden kijken de beschouwer aan. Over wie de maker is van dit werk zijn de meningen verdeeld: is het de leermeester Bernardino Campi of is het Sofonisba zelf?
Het schilderij zou dan een hommage van Sofonisba aan haar leraar zijn, maar door zichzelf zo groot af te beelden laat ze ook zien dat ze in aanzien boven hem is uit gestegen, wat in werkelijkheid ook het geval was. Deze wijze van weergeven zou haar commentaar zijn op de renaissanceopvatting van haar tijd dat creatie inherent mannelijk is, terwijl zíj hier de schepper is. Maar het kan ook anders: dat het werk door Campi is gemaakt en hij haar zo groot heeft afgebeeld uit bewondering voor haar werk en aanzien.
Naar mijn idee hebben we hier te maken met een intelligente vrouw en een getalenteerde kunstschilder, die op haar eigen wijze is omgegaan met de beperkingen van haar tijd. Dankzij haar eigenzinnige en avontuurlijke instelling, de kwaliteit van haar werk en de bijzondere steun van haar vader is zij al in haar eigen tijd, bij leven, in heel Europa beroemd. Haar leven en werken worden een inspiratiebron voor andere vrouwelijke talenten zoals Lavinia Fontana (1552-1614), Marietta Robusti (1554-1590), Irene di Spilimbergo (1538-1559), Fede Galizia (1578-1630) en zeker ook de zeventiende-eeuwse Artemisia Gentileschi (1593-1623) is schatplichtig geweest aan deze eigenzinnige vrouw in een mannenwereld. Lees mijn artikel over Artemisia Gentileschi hier.
Met dank aan Heino van Rijnberk.
Meer lezen? Kijk op melaniekijktkunst.nl en schrijf je in voor meer Kunst in je mailbox
Geraadpleegde literatuur:
Michael W. Cole, Sofonisba’s lessons. A Renaissance Artist and her Work, Princeton: Princeton university Press, 2019, 307 pp.
Mary D. Garrard, ‘Here’s looking at me: Sofonisba Anguissola and the problem of the Woman Artist’, Renaissance Quarterly, 47(1994)3, pp. 556-622.
Jennifer Higgie, Spiegel en palet. Verzet, opstand en veerkracht: 500 jaar zelfportretten van vrouwelijke kunstenaars (vert. Conny Sykora), Amsterdam: Spectrum, 2021, 352 pp.
Verantwoording afbeeldingen:
Afb. 2.
https://en.wikipedia.org/wiki/Sophonisba#/media/File:Giambattista_Pittoni-Sophonisba.jpg.
Afb.3.
https://en.wikipedia.org/wiki/Sophonisba#/media/File:Preti-sophonisba-Lyon.jpg
Afb. 4.
https://www.wga.hu/support/viewer/z.html.
Afb. 5.
https://www.wga.hu/support/viewer_m/z.html
Afb. 6.
https://www.wga.hu/support/viewer/z.html
Afb. 8.
https://www.wga.hu/support/viewer/z.html
Afb. 11.
https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Bestand:MassimilianoStampa.jpg
Afb. 13.
https://www.artsalonholland.nl/portretkunst/anguissola-portret-filips-van-spanje
Afb. 14.
https://www.mfab.hu/artworks/madonna-suckling-the-infant-christ/
Afb. 17.
https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/1/17/Sofonisba-Anguissola-by-Van-Dyck.jpg
Afb. 18.
https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Bestand:Sofonisba_Anguissola_-_Bernardino_Campi_Painting_Sofonisba_Anguissola_-_WGA00696.jpg