Vergeten Italiaanse kunstenaressen van weleer: ‘Una Donna universale’, het multi-talent Arcangela Paladini
Ik weet niet meer hoe het begon maar op enig moment kreeg ik onregelmatig nieuwsberichten van de Advanced Women Artisits Foundation (AWA) in Florence. AWA is opgericht in 2009 door de Amerikaanse weldoenster Jane Fortune (afb. 1). Als jong meisje bracht zij een tussenjaar in Florence door en ze viel als een blok voor de stad en haar kunstschatten. Ging haar interesse in eerste instantie uit naar de schilder Jacopo Pontormo (1494-1557), jaren later kwam ze in 2006 - op een boekenmarkt in Palazzo Corsini - een werk in het Engels tegen over Plautilla Nelli (1524-1588), een zestiende-eeuwse non en priores van een klooster. Deze bleek de vroegst bekende kunstenares van Florence. Ik schreef eerder een artikel over Plautilla Nelli die ik door het werk van Jane Fortune leerde kennen.
Jane Fortune ging op onderzoek uit en vond verschillende werken van Nelli, allemaal in slechte conditie. Het bracht haar op de gedachte of er niet meer kunstenaressen waren geweest wier werk lag te verstoffen in de kelders van de vele kerken in Florence en de depots van de vele musea. Het werd haar persoonlijke missie om deze vrouwen uit de vergetelheid te halen en hun werk te tonen. AWA werd het voertuig en niet zonder resultaat. Samen met kunsthistorici en restauratoren zette ze de ‘spotlight’ op vijf eeuwen vrouwelijke creativiteit. In haar boek Invisible Women uit 2009 merkte ze op dat er slechts 138 schilderijen van kunstenaressen in het openbaar in Florence te zien waren en dat er nog zo’n 1500 werken in depot stonden. Ze wierf fondsen en liet veertig werken restaureren, waaronder ook beeldhouwwerk. En zo werd ook het immense Laatste avondmaal (200 x 700 cm) van Plautilla Nelli gerestaureerd. Het kreeg in 2019 zijn plek in het Museo della Chiesa di Santa Maria Novella (afb. 2). Daar is een korte video over, waarvan je de link onderaan dit artikel kunt vinden.
AWA stopte in 2021. Drijvende kracht Jane Fortune was in 2018 overleden aan kanker - zij maakte het terugplaatsen van het Laatste avondmaal helaas niet meer mee - en de overtuiging groeide dat Florence inmiddels wel zonder AWA kon. Het onderwerp zat inmiddels zó tussen de oren van de museumdirecties in Florence dat de inspanningen van AWA niet meer nodig zouden moeten zijn, was de redenering.
In de afscheidsmail van AWA, in juli 2021, trof ik een plattegrond aan en een lijst met namen van kunstinstellingen in Florence en namen van kunstenaressen die daar te vinden zouden zijn. Dit overzicht kwam bleek te komen uit het boek Invisible women dat Jane Fortune samen met Linda Falcone - haar rechterhand bij AWA - in 2009 had geschreven, dus wel enigszins verouderd maar toch nog steeds van waarde (afb. 3, 4, 5). Ik besloot om in Florence op zoek te gaan naar deze vrouwen. Dat werd september 2022, ik kocht in Florence het boek en begon mijn zoektocht.
Een beetje achtergrond over de opslag van Florentijnse collecties
Een groot deel van de werken in Florence komen uit de enorme verzameling van de zeer invloedrijke familie van de De’Medici die de dienst uitmaakte van 1434 tot 1743. Onder hen waren een aantal grote mecenassen. Daarna werd die collectie nog eens uitgebreid door slim gesloten huwelijken om de macht te consolideren en met werken die verzameld waren door de heersers van de Lotharingen-dynastie en weer later van de Savoy-dynastie. Vervolgens werd Italië in 1861 een eenheidsstaat met een centrale regering.
En dan gebeurt het. Onder invloed van de Verlichting, waarvan de denkers propageren dat de rede de mensheid tot materieel en spiritueel welzijn kan brengen, wordt er in toenemende mate met argwaan aangekeken tegen religieuze instituten als kerken en kloosters. De Rooms-Katholieke Kerk wordt langzaamaan gezien als een tegenkracht die de ontwikkeling van tolerantie, de wetenschappelijke spirit en liberale gedachtegang in de weg zit en fanatisme zou praktiseren. Seculariteit gaat hoogtij vieren en de staat confisqueert vele kerkelijke schatten, gebouwen en hun inhoud. Daarmee komen die werken los van hun originele plaats en worden ze op willekeurige plekken opgeborgen. Het wordt één grote chaos. En dan te bedenken dat veel van die werken niet gesigneerd zijn. Later in die eeuw wordt dit strenge beleid wat afgezwakt, gebouwen mogen weer open en de instellingen krijgen weer werk terug maar niet wat eerder van hen was.
Ook rooft Napoleon nog eens 63 meesterwerken die een plek krijgen in het Louvre, maar gelukkig komen die in 1814 weer terug (afb. 9). En dan overkomt Florence in 1966 een grote ramp: de rivier de Arno stroomt over en een groot deel van de stad komt metershoog onder water te staan. Als je dan bedenkt dat de meeste museale instellingen hun depots in de kelder hadden! Veel kunstwerken gaan verloren en in de chaos van het redden verliezen vele werken ook nog hun oorspronkelijke plek. Dat zorgt voor grote moeite om later de werken te traceren. Deze overstroming is nog steeds een enorm trauma in de stad. Overal waar je in het centrum loopt, zie je streepjes en berichtjes op muren tot waar het water toen heeft gestaan (afb. 10, 11, 12).
Dit is de situatie die Jane Fortune en de haren aantreffen als zij in 2008 beginnen met hun zoektocht. Zij moeten door deze chaos heen. Daarom petje af voor al hun inspanningen met de focus op kunstenaressen vanaf het cinquecento: een focus op vijf eeuwen kunstgeschiedenis.
Mijn queeste naar de vergeten kunstenaressen van weleer
Tijdens mijn eigen zoektocht heb ik acht locaties bezocht: de Galerie degli Uffizi, Casa Buonarotti, Palazzo Pitti, de Galeria dell’Academia, de kerk Santa Maria Novella, Museo San Marco, Museum San Salvi en de kerk van de Santa Maria Madalena dei Pazzi. Deze waren alle vrij toegankelijk en ik kon er in zonder dat ik daar een aanbevelingsbrief voor nodig had. De ervaring leerde al snel dat ik zeker niet al de werken op het overzicht in het boek Invisible Women zou aantreffen. Veel van de werken waren óf niet meer op zaal, of de zaal waar ze hingen was niet toegankelijk voor publiek. Ook was werk afwezig vanwege restauratie of uitgeleend voor een tentoonstelling elders. Toch ben ik zowel in de musea en kerken als in het boek een aantal interessante kunstenaressen tegengekomen. Internet hielp me om meer over ze te weten te komen.
In dit artikel maak ik een start en introduceer ik de vroeg zeventiende-eeuwse Arcangela Paladini. In volgende artikelen zal ik aandacht besteden aan andere interessante kunstenaressen van weleer.
Arcangela Paladini
Ooit gehoord van Arcangela Paladini (1596-1622)? Beeldschoon moet ze zijn geweest. Ook zong ze hemels, volgens tijdgenoten, waarmee ze haar voornaam eer aandeed: Arcangela betekent aartsengel. Ze was in haar eigen tijd enorm succesvol. Ze werd geboren in Pistoia (Toscane) als dochter van de schilder en beeldhouwer Filippo di Lorenzo Paladini (1544-1616). Ze had twee oudere halfbroers uit een eerder huwelijk van haar vader en nog twee zussen en een broertje.
Als jong kind verhuist ze naar Pisa en experimenteert ze in het atelier van haar vader dat het een lieve lust is. Ze kopieert zijn werk en maakt - met haar kleine handige vingertjes, zo stel ik me dat voor - ontwerpen voor borduurwerk. Haar vader ziet haar talent en stimuleert haar. Zij ontwikkelt zich op heel jonge leeftijd dan ook tot een volleerd schilder, zanger, instrumentalist en dichter. In een achttiende-eeuwse bron staat dat zij - vrij vertaald -
”in elk van deze vaardigheden zo’n hoog niveau demonstreerde dat zij verbazing wekte, niet alleen onder haar stadsgenoten maar ook bij bezoekers die naar Pisa toekwamen omdat zij graag deze jonge ‘virtuosa’ wilden zien en horen”.
Dit trekt de aandacht van het hof van de De’Medici in Florence, eerst van Christina van Lotharingen (1565-1637), vrouw van Fernando I De’Medici (1549-1609), groothertog van Toscane, en ook bij de volgende generatie: groothertogin Maria Magdalena van Oostenrijk (1589-1631), vrouw van Cosimo II de’Medici (1590-1621), de zoon van Ferdinando I (afb. 13).
Groothertogin Maria Magdalena nodigt Arcangela Paladini in 1609 uit om naar Florence te komen. Ze is dan net dertien jaar, haar vader is het jaar daarvoor overleden. Maria Magdalena regelt dat Arcangela gaat wonen in het klooster van Sint Agatha, een van de meest welvarende kloosters van de stad, waar Arcangela zes jaar zal verblijven en waar aandacht is voor artistieke ontwikkeling. Ze gaat in de leer bij hofschilder Jacopo Ligozzi (1547-1627).
De groothertogin heeft de hand in het huwelijk dat Arcangela sluit als ze zeventien is: met de Vlaamse tapijtwever Jan Broomans, die ook werkt voor het Medici-hof. Zij gaat bij hem in de leer en dit ambacht krijgt ze snel onder de knie: Arcangela en Jan worden ook partners in werk. In 1618 wordt dit geluk bekroond met de geboorte van een dochter die de naam Maria Magdalena krijgt, een eerbetoon aan Arcangela’s weldoenster.
Groothertogin Maria Magdalena is een mecenas eerste klasse! Ze regelt voor Arcangela opdrachten en introduceert haar bij haar man, Cosimo II, die Arcangela weer introduceert binnen zijn netwerk. In 1621 geeft Maria Magdalena haar de opdracht om een zelfportret te schilderen en zorgt er voor dat alle leden van het hof dit gaan zien. Het wordt een prachtig proeve van bekwaamheid dat een ereplek krijgt in de privévertrekken van de groothertogin.
Arcangela krijgt nog veel meer opdrachten, alle gedocumenteerd, maar - helaas, helaas - deze werken lijken verdwenen of kwijnen mogelijk weg in achterkamers en depots. Of ze zijn onterecht toegeschreven aan andere kunstenaars en niet herkend als werk van haar hand. Haar zelfportret is het enige werk dat van haar is overgeleverd (afb. 14) en krijgt later een plek in de beroemde Corridoio Vasariano in Florence.
De Corridoio Vasariano
Over de Corridoio Vasariano is nog wel wat leuks te vertellen. Het is de vluchtroute van de De’Medici en leden van de elite van het palazzo Vecchio - het bestuurscentrum van de stad - naar het Palazzo Pitti aan de andere kant van de Arno, het privéverblijf van de De’Medici. Het leven is gevaarlijk in de zestiende eeuw. Cosimo II’s vader Cosimo 1 (1519-1574) geeft voor de bouw hiervan in 1565 opdracht aan Giorgio Vasari (1511-1574), die we ook kennen als schilder en kunstenaarsbiograaf. Deze corridor, die al gauw wordt gekoppeld aan Vasari’s naam, wordt een één kilometer lange en verhoogde wandelpromenade, dwars door het Uffizi - waar de ambtenaren huisden - en loopt ter hoogte van de Ponte Vecchio over de Arno heen. Kardinaal Leopoldo De’Medici (1617-1675) exposeert er later zijn verzameling zestiende en zeventiende kunstwerken. De galerij was en is nog steeds beroemd, ook vanwege de vele zelfportretten die er hangen van beroemde kunstenaars uit de eigen tijd maar ook van later. In eerste instantie gaven de De’Medici hiervoor zelf opdrachten aan kunstenaars maar al snel kregen ze zelfportretten als geschenk omdat het voor kunstenaars heel eervol was om daar te hangen (afb. 15, 16).
Terug naar Arcangela Palladini. Misschien hebben we toch nog een tweede afbeelding van haar. Hoogstwaarschijnlijk heeft zij de barokkunstenares Artemisia Gentileschi (1593-1656) gekend die in diezelfde tijd ook verkeerde aan het Medici-hof in Florence. Mogelijk heeft Arcangela model gestaan voor een van Artemisia Gentileschi’s werken van de Heilige Cecilia. Vanaf de vijftiende eeuw wordt de Heilige Cecilia vaak afgebeeld als de patrones van de muziek. Niet onlogisch als ze Arcangela dan vraagt als model voor de Heilige Cecilia omdat zij zo hemels kan zingen. Bovendien is er gelijkenis met Arcangela ’s zelfportret (afb. 17)
Arcangela’s muzikale kwaliteiten worden breed gewaardeerd aan het Medici-hof. Ze treedt er regelmatig op, soms samen met de vermaarde componiste, klavecordiste en sopraan Francesca Caccini ((1587 - c. 1641). Ook Michelangelo Buonarotti de Jongere (1568-1636) - schrijver, dichter en achterneef van de beroemde - kiest haar uit om te zingen in zijn komedie La Fiera, die in 1618 aan het hof wordt opgevoerd. Ze heeft in een stuk dat in 1619 in Florence wordt opgevoerd weer de rol van de Heilige Cecilia, ongetwijfeld ook hier als een verwijzing naar haar zangkunst. Ze wordt vol bewondering omschreven als ‘Madama Serenissima’ of ‘La Cantrice della Serenissima’, een eretitel voor vorstelijke personen. Er lijkt een geweldige toekomst te gloren.
Het mag niet zo zijn. Op 1622 sterft Arcangela en we weten niet waaraan. Wat we wel weten is dat dit niet ongemerkt voorbij is gegaan. Groot was het verdriet bij de groothertogin. Ze geeft beeldhouwer Antonio Novelli (1600-1662) de opdracht een marmeren graftombe te maken met een gebeeldhouwde buste van Arcangela zelf - toch nóg een beeltenis van haar - geflankeerd door reliëfs van Apelles - beschouwd als de grootste schilder uit de oudheid - die een palet vasthoudt en de godin Athene met een harp, als patrones van - onder andere - de (zang)kunsten. Van de contemporaine dichter Andrea Salvadori (1588-1634) is er onder de buste een inscriptie te lezen waarin hij schrijft:
”dat zij zong voor Etruskische koningen en nu zingt voor God. Ze stond gelijk aan Pallas Athena in naaiwerk, aan Apelles in de schilderkunst en aan de Muzen in zang ... Bestrooi deze steen met rozen voor haar, onschuldig in haar hemelse zang ligt hier de Sirene van Toscane en de Muze van Italië’ (afb. 18).
Als teken van de buitengewone waardering voor Arcangela Paladini laat Maria Magdalena de graftombe plaatsen in de familiekerk van de De’Medici, de Santa Felicita, vlak naast de Vasari Corridor. Een grotere eer is niet denkbaar en deze graftombe is daar nog steeds te vinden. Ook regelt de groothertogin voor Arcangela’s dochter Maria Magdalena een bruidsschat voor als zij zou intreden in het klooster, iets wat zij ook daadwerkelijk doet als haar vader in 1623 hertrouwt. Zij krijgt die bruidsschat onder één voorwaarde: dat als zij dan een nieuwe naam aanneemt - bij intreden koos je een naam van een heilige - zij dan kiest voor ‘Arcangiola’. Zo zou haar moeder ’s naam nog lang in de wereld klinken, volgens de groothertogin.
Ondanks het heel gunstige gesternte waaronder Arcangela Paladini heeft kunnen werken, is haar werk toch vergeten geraakt in de loop der tijd. Alleen haar bijzondere zelfportret rest nog. En zelfs dit werk kan maar gezien worden door een heel select gezelschap dat toegang heeft tot de Vasari Corridor, omdat deze al weer heel lang gesloten is voor publiek. Het is nu de verwachting dat de corridor na een langdurige restauratie in 2023 weer open zal gaan.
Het is heel waarschijnlijk dat er nog werk van Arcangela Paladini in de depots ligt. Er is nog zoveel werk te doen om dat van haar en andere kunstenaressen van weleer boven tafel te krijgen. Laten we hopen dat met de huidige toename van de belangstelling voor de vergeten vrouwen uit de kunstgeschiedenis er meer over hen duidelijk gaat worden. Aan het werk van Jane Fortune en de andere medewerkers van AWA heeft het niet gelegen.
—————————————————————
NB.
Hier vind je de video over Jane Fortune, en de restauratie en plaatsing van Plautilla Nelli’s Laatste avondmaal, duurt 3.43 minuten.
Geraadpleegde bronnen:
https://it.wikipedia.org/wiki/Arcangela_Paladini, gekeken op 6/12/22
https://www.conoscifirenze.it/personaggi-fiorentini/420-Arcangela-Paladini.html, inzage op 6 /12/22
https://www.artinsociety.com/forgotten-women-artists-1-arcangela-paladini.html, bekeken 6/12/22
https://www.uffizi.it/en/artworks/self-portrait-arcangela-paladini bekeekn 6/12/22
Barbara Russano Hanning, From Saint to Muse: Representations of Saint Cecilia in Florence, ‘Music in Art: International Journal for Music Iconography’, 29, 1 (2004): p. 98.
Verantwoording afbeeldingen:
Cover en afb. 14.
https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/6/63/Arcangela_Paladini_-_Self-portrait_in_Uffizi_Gallery.jpg
Afb. 1.
https://www.groene.nl/artikel/jane-fortune-9-augustus-1942-23-september-2018
Afb. 2.
http://advancingwomenartists.org/news/press-room
Afb. 6. https://nl.wikipedia.org/wiki/Lorenzo_I_de%27_Medici#/media/Bestand:Verrocchio_Lorenzo_de_Medici.jpg
Afb. 9. https://commons.wikimedia.org/wiki/File:George_Cruikshank,_Seizing_the_Italian_Relics,_1815.jpg
Afb. 12.
https://www.historytoday.com/history-matters/florence%E2%80%99s-mud-angels
Afb. 13. https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Bestand:Maria_Magdalena_van_Oostenrijk.jpg
Afb. 15.
https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/5/57/CorridorVasari.jpg
Afb. 16.
https://www.visitflorence.com/blog/vasari-corridor-reopen-2021/
Afb. 17.
https://commons.wikimedia.org/wiki/File:St-cecilia.jpg
Afb. 18.
https://www.artinsociety.com/forgotten-women-artists-1-arcangela-paladini.html
De overige foto’s zijn gemaakt door de auteur.